En hoe ik me de Friese Fiets Elfstedentocht van 1983 herinner?
Met zes collega’s slapen op de zolder van een postkantoor in Bolsward. De regen de hele nacht op het dak horen plenzen, dus het slapen ging niet echt van harte.
Staande ontbijten in de regen, vertrekken in de regen met de hoop (hoop is uitgestelde teleurstelling…) dat het gedurende de 230 kilometer nog wel eens droog zou worden.
Tot het bot verkleumd eerst de zuidelijke lus, dat ging toen zo en we kwamen geen andere fietsers tegen(!).
Het Friese Woud. Ik kan me herinneren dat ik verbaasd was dat er zoveel bomen bij elkaar stonden in Friesland. Dan naar Hindelopen, wat een ellende daar, een paadje waar je alleen maar achterelkaar kon fietsen, door het gras en lopend, dus klunend in Hindelopen geland. Een plaatsje van niks en daar doe je dan zoveel moeite voor. Gekkies.
Uiteindelijk werd het droog, maar van de noordelijke lus weet ik alleen dat ik in staat was om mijn fiets (oh ja, een Koga Myata Road Speed geel) te verkopen of in de sloot te smijten. Van dat stuk van de route heb ik helemaal niets opgeslagen, gewist uit mijn geheugen. Mensen langs de kant om ons aan te moedigen, niets van meegekregen. Hoempaorkestjes? Zal wel geweest zijn.
Dat ik uiteindelijk de streep heb gehaald na onderweg een vette uitsmijter te hebben verschranst, benoem ik nog steeds een wonder. En een toch ook wel trotse herinnering. Maar één keer was voor mij eigenlijk wel genoeg.
Ik kom nu weer graag in Friesland, prachtig land, inwoners met hun eigen taal, onbegrijpelijke plaatsnamen, maar alles went als je in Friesland bent.
Douwe.